Back home

I just pause and take a deep breath, gazing at the ocean,

Water, endlessly, all around us,

Happiness in their eyes, a smile and a sigh endorse,

My boy only takes a breath of necessity,

He would be a fish otherwise, wouldn’t he?

Brother echoes his island’s name,

Determinate he walks towards the waves,

My girl squats along the water,

She caresses the ocean and gains her trust,

Later daddy will be here, after work, bay after bay,

Returning home, it will still be light,

There will be time to crack a coconut, to gaze at the mountains,

And that sunset, it makes me happy each time,

The moon is ready to take over her role,

And will guard over this little paradise on earth.

Even diep adem halen, Naar die zee staren,

Die eindeloze massa water, Ons allen omringend,

Geluk in hun ogen, Een glimlach en een zucht beamen,

Mijn jongen komt enkel adem happen uit noodzaak,

omdat hij anders echt een vis zou zijn.

Broer laat de echo van zijn eiland weerklinken,

Vastberaden de golven tegemoet.

Mijn meisje hurkt neer langs de rand van het water,

Ze streelt de zee en wint haar vertrouwen.

Straks zal papa er weer zijn, na het werk, baai na baai,

Naar huis toe keren, het zal nog licht zijn,

Er zal nog tijd zijn om samen te zijn,

Een kokosnoot te kraken, en te staren naar de bergen,

En die ondergaande zon, die me telkens blij maakt,

De maan die al klaarstaat om haar rol over te nemen,

En te waken over dit kleine paradijs op aarde.